Champagne is een ongelooflijk interessante streek voor mousserende wijnen. In een regio met overwegend hetzelfde klimaat en slechts drie druiven weten ze hier een bubbelende wijn te creëren die qua smaak enorm kan variëren. We hebben champagnes geproefd van druiven die slechts 100 meter van elkaar gegroeid waren, maar toch compleet verschillend smaakten. Waarom dat zo is en welke smaak categorieën je in Champagne kan ontdekken leggen we je hier uit.

Welke smaken zijn er te vinden in Champagne?

Om te beginnen het belangrijkste: wat kun je tegenkomen? Op basis hiervan kun je waarschijnlijk al een aardig idee vormen van welke stijl het best aansluit bij jouw smaak. Wij onderscheiden de volgende stijlen: (1) fris & elegant, (2) fris & rijk, (3) fris & fruitig en (4) rijk & complex.

Deze categorieën hebben wij samengesteld op basis van meer dan 300 champagnes die we geproefd hebben. Ze zeggen iets over de totaalbeleving van de champagne die wordt bepaald op basis van vele variabelen zoals zuurgraad en dosage, aroma’s uit de druiven, aroma’s die ontstaan tijdens de tweede gisting en het ouderen van de champagne.

Wat bepaalt de smaak van champagne?

Zoals net beschreven zijn er vele variabelen die van invloed zijn op de smaak van champagne. Meer nog dan bij niet-mousserende wijn omdat champagne een tweede gisting ondergaat waarbij eigen aroma’s vrijkomen, maar ook bestaande aroma’s uit de stille wijn (de champagne voordat er bubbels in zitten) veranderen. Het maken van champagne wordt daarom ook wel eens omschreven als driedimensionaal schaken. Juist de complexiteit met al die invloeden op de smaak maakt champagne een magisch product waarbij jarenlange tradities en ervaring van generaties minstens zo belangrijk zijn als moderne machines tijdens het productieproces.

De druiven

Alle champagne valt of staat met de druiven. Van slechte kwaliteit druiven, kan simpelweg geen top champagne gemaakt worden. De drie druiven die gebruikt worden bij het maken van champagne zijn: ChardonnayPinot Noir & Meunier. Voor de volledigheid moet gezegd worden dat er ook andere druiven worden gebruikt zoals Pinot Blanc, maar aangezien het hier gaat om een heel klein deel zullen we deze in dit overzicht achterwege laten.

Deze drie druiven hebben ieder hun eigen karakter en worden in veel gevallen in een bepaalde verhouding in champagne verwerkt. 90% van alle champagnes die jaarlijks gemaakt worden zijn een blend van 2 of 3 druiven waarbij de wijnmaker een harmonie zoekt tussen de smaak-kenmerken. Zo zeggen ze in Champagne: Chardonnay is voor de elegantie, Pinot Noir voor de kracht en structuur en Meunier voor de fruitigheid en ‘jeugdigheid’ van de champagne. Hieronder kort wat info over de smaakkenmerken van de druiven.

Chardonnay

Staat bekend om zijn hoge zuurgraad die belangrijk is voor de frisheid van de champagne. Je herkent deze druif aan smaak aroma’s van appel en citrus en kan aroma’s meegeven aan de champagne van boter of witte bloesem.

Pinot Noir

Geeft structuur aan de champagne en aroma’s van rood fruit. Deze kunnen variëren van zuurder rood fruit zoals bramen tot zoeter rood fruit zoals aardbeien. De zoetere aroma’s komen met name sterk naar voren in rosé de saignée van (grotendeels) pinot noir.

Meunier

Een in de rest van de wereld onbekende druif die vroeg rijpt en rijke fruitige aroma’s meegeeft aan de champagne van appel en kweepeer. Champagnes gemaakt van alleen deze druif zijn dan ook zeer verrassend omdat ze uitgesproken fruitig zijn en minder ‘streng’ van zuurgraad dan vele champagnes.

De tweede gisting

Dit is hét onderdeel van het proces wat champagne champagne maakt. Hier worden de bubbels geschapen en ontstaan bijzondere aroma’s die champagne zijn bekende diepte geven. Dit onderdeel kan de wijnboer het verschil maken. Gaat de gisting bijvoorbeeld te snel, dan ontstaat er een agressieve mousse die aanvoelt als cola. Liggen de flessen te kort te rijpen in de kelder? Dan kan de champagne nog scherpe zuren hebben die het bekende maagzuur veroorzaken. Om deze laatste reden liggen champagnes van hoge kwaliteit zonder uitzondering dan de minimale 15 maanden die champagnes moeten rijpen op fles.

Aroma’s die ontstaan tijdens de periode ‘sur lies’

Proef je aroma’s als brioche of paddenstoel? Dan komen deze niet uit de druiven, maar zijn deze ontstaan tijdens het rijpingsproces ‘sur lies’. Dat betekent op gist en staat voor de tijd dat de fles horizontaal ligt met dood gist onderin de fles. Dit gist wat de tweede gisting heeft veroorzaakt en daarmee de bubbels valt tijdens deze periode langzaam uit elkaar, een proces dat autolyse heet. Dit proces zorgt voor onder andere het bekende brioche aroma wat in het bijzonder bij vintage champagnes die lang tot zeer lang ‘sur lies’ liggen aanwezig is.

Wil jij de verschillen tussen champagnes aan de lijve ondervinden?
Schrijf je in voor de Bubbelclub en importeer met ons mee!

Of meld je aan via onderstaand invulformulier ⇣